Begrippen Makelaardij die met een B beginnen - Nieuwetijdsmakelaar.nl

Begrippen Makelaardij die met een B beginnen

e-Book Zó koop je een huis! 4

Bankgarantie: Een garantie van een bank waarbij de bank belooft de schulden van een debiteur te voldoen als deze in gebreke blijft. Bij de verkoop van een woning worden de afspraken vastgelegd in de koopovereenkomst. Omdat het niet gebruikelijk dat de koopsom meteen wordt voldaan of dat de woning direct wordt geleverd, stort de koper een waarborgsom of wordt er een bankgarantie gesteld. Dit geeft de verkoper meer zekerheid dat de woning ook echt wordt afgenomen. Een waarborgsom of bankgarantie bedraagt 10 procent van de overeengekomen koopprijs en wordt meestal een week na het financieringsvoorbehoud gestort op de rekening van de notaris. Bij een bankgarantie verklaart de bank dat zij garant staat voor het bedrag als de koper de verplichtingen niet nakomt. Als de koop niet doorgaat en de ontbindende voorwaarden zijn verlopen, dan heeft de verkopende partij recht op de door de bank gestelde garantie. In dat geval betaald de bank de verschuldigde 10% van de koopsom aan de verkoper en heeft de koper een schuld aan de bank ter grootte van de borgsom.

Basisrente: Het minimum rentepercentage dat een bank in rekening brengt voor leningen aan haar meest kredietwaardige klanten.

Baten en Lasten: Inkomsten en uitgaven gerelateerd aan een onroerend goed.

Belastbaar inkomen: Het deel van het totale inkomen van een persoon dat onderhevig is aan belasting.

Belastingaanslag: De officiële kennisgeving van de hoeveelheid belasting die iemand moet betalen.

Beleggingspand: Onroerend goed dat is gekocht met het doel om winst te genereren door verhuur of waardevermeerdering.

Beperkt recht: Een recht dat de eigenaar van een onroerend goed beperkt in zijn of haar gebruik van dat onroerend goed.

Beschikking: Een formeel besluit of oordeel van een rechtbank of andere autoriteit.

Beslaglegging: Het proces waarbij eigendom in beslag wordt genomen om een schuld te voldoen.

Bestemmingsplan: Een plan dat de toegestane gebruiksmogelijkheden van een stuk land in een gemeente aangeeft.

Bewijs van eigendom: Een document dat aantoont dat een persoon de wettelijke eigenaar is van een eigendom.

Bewoonbare oppervlakte: Het deel van een gebouw dat kan worden gebruikt voor wonen of werken.

Bezichtiging: Het proces van het persoonlijk bekijken van een woning die te koop of te huur is.

Bezwaarprocedure: Het proces van het formeel uiten van onenigheid met een beslissing of beoordeling.

Bindend advies: Een beslissing genomen door een onpartijdige derde partij die beide partijen in een geschil zijn overeengekomen te respecteren.

Binnenhuisarchitect: Een professional die zich specialiseert in het ontwerpen en inrichten van de binnenkant van gebouwen.

Blanco hypotheek: Een hypotheek waarbij de kredietnemer een lening krijgt zonder specifiek onderpand te hoeven geven.

Bodemattest: Een document dat aangeeft of de bodem van een stuk grond verontreinigd is.

Bodemverontreiniging: De aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in de bodem die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid of het milieu.

Boedelbeschrijving: Een gedetailleerde lijst van alle bezittingen die deel uitmaken van iemands nalatenschap.

Boedelscheiding: De verdeling van eigendommen en bezittingen na een scheiding of overlijden.

Borg: Een persoon die belooft de schulden van een andere persoon te betalen als deze niet in staat is om dat te doen of het doen van een betaling die de ontvanger onder zich houdt voor bijvoorbeeld een huurwoning. De borg wordt terugbetaald wanneer de huurder de woning volgens afspraak weer wordt opgeleverd.

Borgstelling: Een overeenkomst waarbij een persoon of instelling de verantwoordelijkheid op zich neemt voor de schuld van een ander.

Bouwdepot: Een bankrekening waarop het bedrag van de bouw- of verbouwingslening wordt gestort.

Bouwgrond: Land dat geschikt is voor het bouwen van gebouwen.

Bouwjaar: Het jaar waarin een gebouw is gebouwd.

Bouwkavel: Een stuk grond dat bestemd is voor de bouw van een huis of ander gebouw.

Bouwtechnische keuring of bouwkundige keuring: Een bouwtechnische keuring is een professionele beoordeling van de totale onderhoudsstaat en de bouwtechnische aspecten van een woning. Een bouwtechnische keuring wordt meestal uitgevoerd bij aankoop van een woning. Het doel is vooral om eventuele gebreken te ontdekken en om eventuele toekomstige (onderhouds-)kosten in kaart te brengen. De bevindingen van een bouwtechnische keuring worden vastgelegd in een bouwkundig rapport.

Bouwlijn: Een lijn die op een bouwtekening of op het terrein zelf is getrokken om aan te geven waar een gebouw mag worden gebouwd.

Bouwplan: Een gedetailleerd plan voor de bouw van een gebouw, inclusief tekeningen en specificaties.

Bouwrecht: Het recht om op een bepaald stuk land te bouwen.

Bouwrente: Rente die tijdens de bouwperiode wordt berekend over het nog niet uitbetaalde deel van de koop-/aanneemsom.

Bouwsom: Het totale bedrag dat het zal kosten om een bouwproject te voltooien.

Bouwtekening: Een gedetailleerde tekening die het ontwerp van een gebouw laat zien.

Bouwvergunning: Een vergunning die wordt verleend door de lokale overheid die het bouwen of verbouwen van een gebouw toestaat.

Brancardlift: Een soort lift die groot genoeg is om een brancard te vervoeren.

Brandverzekering: Een verzekering die dekking biedt voor schade aan een eigendom door brand.

Breedbandverbinding: Een snelle internetverbinding die altijd aan staat en hogere data-snelheden biedt dan traditionele inbelverbindingen.

Bruto huur: De huurprijs inclusief alle kosten voor nutsvoorzieningen en servicekosten.

Bruto jaarinkomen: Het totale inkomen van een persoon in een jaar, vóór belastingen en andere aftrekposten.

Bruto vloeroppervlak (BVO): De totale vloeroppervlakte van een gebouw, inclusief de muren en andere ruimten die niet bruikbaar zijn.

Buitengebied: Het gebied buiten de bebouwde kom van een stad of dorp.

Buitenruimte: Elke open ruimte buiten een gebouw, zoals een tuin, terras of balkon.

Bungalowpark: Een gebied met meerdere bungalows, vaak gebruikt voor vakanties of recreatieve doeleinden.

Bungalows: Een type woning dat slechts één verdieping heeft.

Bureau Krediet Registratie (BKR): Een Nederlandse organisatie die kredietinformatie van individuen bijhoudt.

Bureau voor Onroerende Zaken (BOZ): Een organisatie die de waarde van onroerend goed bepaalt voor belastingdoeleinden.

Burgerlijk Wetboek: Het belangrijkste lichaam van burgerlijk recht in Nederland, dat onder andere betrekking heeft op onroerend goed en contracten.

Buurmanrecht: Het recht dat buren hebben met betrekking tot elkaars eigendom, zoals het recht om licht en lucht te ontvangen.

Buurthuis: Een gemeenschappelijke ruimte die door bewoners van een buurt kan worden gebruikt voor vergaderingen en andere activiteiten.

Buurtschap: Een kleine landelijke gemeenschap of gehucht.

Bekijk: Alle artikelen

Reactie plaatsen